Peer-to-Peer-distributie

From P2P Foundation
Jump to navigation Jump to search

Peer-to-Peer-distributie, [1]

URL = http://weblog.mediastudies.nl/wiki/index.php/Peer-to-Peer-distributie.

Peer-to-Peer-distributie

Inleiding

Peer-to-peer-technologie (P2P) begon ooit als het vehikel bij uitstek voor het illegaal downloaden van muziek, films en computerprogramma’s. ’s Werelds bekendste P2P-programma Napster, bedacht door Shawn Fanning en dankzij de rechter sinds 2001 niet meer in zijn oorspronkelijke vorm in de lucht, werd populair omdat het nog nooit zo makkelijk was geweest om gratis aan muziek te komen. Nu lijken zowel publieke omroepenals commerciële zenders in de rij te staan om P2P te gebruiken voor het distribueren van hun uitzendingen. Legaal, wel te verstaan.

Reden populariteit

Een belangrijke reden voor die interesse is het feit dat P2P voor aanbieders van content goedkoop is in het gebruik. Het online bekijken van een tv-programma via Uitzending Gemist kost de consument niets, op het internetabonnement na. Maar voor de publieke omroep lopen de kosten fors op. Voor dataverkeer moet betaald worden, en dat gaat bij tien- tot honderdduizenden bezoekers die wekelijks meerdere programma’s bekijken aardig in de papieren lopen.

Hoe werkt P2P?

P2P zorgt ervoor dat iedereen die een programma bekijkt, tegelijkertijd ook distributeur wordt. Sommige P2P-programma’s kunnen dit principe zelfs uitvoeren bij ‘gestreamde’ inhoud: een tv- of radioprogramma dat bij het ontvangen gelijk wordt afgespeeld. Anders gezegd: wie het NOS Journaal via P2P downloadt, wordt automatisch aanbieder van de stukjes die hij al binnen heeft gehaald. Andere Journaal-liefhebbers hoeven dus niet alleen de NOS-computer te belasten, maar kunnen bij mede-P2P-gebruikers terecht. Peer-to-peer-systemen werken dan ook beter naarmate er meer gebruikers zijn, want dan is de kans groter dat iemand anders er al in geslaagd een gezocht tv-programma te downloaden. Dit ‘eerlijk zullen we alles delen’-principe is tegelijkertijd ook het grote nadeel van P2P. Want om goed te werken vereist P2P dat deelnemers niet alleen willen nemen, maar ook geven. Veel P2P-programma’s maken het echter mogelijk om de snelheid van dat geven te beperken.

Problemen bij legale toepassing

Een ander groot probleem van P2P is de kwestie van Digital Rights Management (DRM), oftewel het elektronisch beheer van auteursrechten. De anarchistische oorsprong van P2P verraadt zich nog steeds in de opvallende afwezigheid van DRM in veel P2P-programma’s. Voor legale aanbieders van audio en video werpt dat wel een probleem op, zeker als de rechten op het verspreide materiaal bij een derde partij liggen. Filmmaatschappijen gaan zonder de aanwezigheid van DRM niet akkoord met verspreiding via internet.

Tenslotte zijn gebruikers van P2P-software vaak anoniem, of op zijn minst moeilijk te traceren. Ook dat heeft te maken met het grootschalige illegale gebruik van P2P. Een complete klasse P2P-software is er zelfs op gericht opsporing zo moeilijk mogelijk te maken. Dergelijke zogeheten anonieme P2P-programma’s worden zowel gebruikt door kinderpornoverspreiders als privacyliefhebbers. Ook minder goed beveiligde P2P-programma’s zijn onvindbaar te maken. Het veelgebruikte programma PeerGuardian (http://phoenixlabs.org/pg2/) is erop gericht om speurende platenmaatschappijen en overheidsinstanties van de computer te houden.